Als bedrijf heb je waarschijnlijk een duidelijke toekomstvisie. Maar hoe realiseer je die? Dat lijkt misschien niet zo simpel, maar toch hoeft het ook niet moeilijk te zijn. Het is een kwestie van korte sprints. Sprints waarbij je iedere keer weer een nieuw experiment uitvoert. Hoe je dat aanpakt? Daarover lees je meer in deze blog.
Ondernemen is experimenteren
Laten we ervan uitgaan dat je met een bepaald doel gaat ondernemen. Je wilt altijd iets bereiken. Misschien ben je een wereldverbeteraar. en wil je de wereld beter maken met jouw product of dienst. Of misschien is je doel om lekker veel geld te verdienen, de nieuwe Google te worden. Welk doel het ook is, het is uiteindelijk een visie.
Maar hoe ga je dat voor elkaar krijgen? Je kunt niet vanaf dag één je geld spenderen alsof je Google bent. Je kunt ook niet op dag één je marketing net zo groots aanpakken als je concullega’s die al langer bezig zijn.
Hoe je dan moet beginnen? Ik geloof dat ondernemen niets anders is dan het continu uitvoeren van kleine experimenten, en dan kijken welke experimenten succesvol zijn en welke niet. Welke brengen je dichterbij je doel, en welke niet?
Hak je doel in stukjes
Onze langetermijnvisie hebben we vaak wel in ons hoofd. We weten ongeveer waar we naartoe willen. Maar als iemand je vraagt: waar ben jij over vijf jaar? Dan is dat een heel moeilijke vraag. Nog moeilijker is om die gedetailleerd te beantwoorden, te zeggen hoeveel medewerkers je dan hebt, hoeveel klanten, hoeveel omzet per klant, enzovoort.
De truc om op de lange termijn, maar ook de middellange termijn, je toekomstvisie te bereiken, is om je doelen in stukjes te hakken. Voor ieder doel op de korte termijn kun je een experiment uitvoeren, en kritisch kijken of dit experiment je ook verder brengt.
Zo’n experiment kan bijvoorbeeld zijn dat je voor de marketing mensen van een externe partij inschakelt. Bedenk hierbij van tevoren wel: wat moet ik eraan hebben? Hoe meet ik dat? En wanneer stop ik ermee? Bij ieder experiment wil je eigenlijk heel specifiek kwantificeren. Je wil het experiment zo definiëren dat het meetbaar wordt. Anders loop je het gevaar dat je dingen vanuit een onderbuikgevoel gaat doen, of gewoon klakkeloos overneemt wat anderen doen, en dat is zonde. Je wil ook voorkomen dat je te gehecht raakt aan een experiment, en er te lang mee doorgaat. Daarom is het goed om van tevoren een termijn te bepalen. Als je de meetinstrumenten hebt ingesteld, kun je aan het eind van de termijn zien of dit experiment succesvol is geweest. Belangrijk is hierbij dus om ook op korte termijn doelen te stellen.
Houd je ene been aan wal
Experimenteren betekent overigens niet dat je jezelf zomaar in de diepte moet storten, en ongekende risico’s moet nemen. Laat tijdens het experimenteren vooral niet datgene los wat je al goed doet. Zo zorg je er voor dat je toch je risico beperkt. ‘Test nooit de diepte van een rivier met beide benen tegelijk’, zei de befaamde zakenman Warren Buffet ooit. Anders gezegd: experimenteer, maar blijf tegelijkertijd met je ene been aan wal.