Sociale veiligheid is iets wat elk bedrijf zou moeten nastreven voor alle medewerkers. Ongeacht de afkomst. Maar hoe kom je tot sociale veiligheid? Hiervoor is het nodig om onze culturele verschillen te respecteren en omarmen. Dat we van elkaar leren, en bovenal respect hebben voor elkaar.
Laat een relatie vormen door beide kanten
Om tot sociale veiligheid te komen, is het naar mijn idee belangrijk om te kijken naar hoe je een relatie opbouwt met medewerkers. Een relatie opbouwen kan op twee manieren. Het kan op een egocentrische manier, waarbij je kijkt naar waar jij behoefte aan hebt, en dat gaat zoeken bij een ander. Dus met het idee: ik heb een medewerker nodig. Die moet code kunnen tikken, maar ook een beetje gezellig zijn, beetje grapjes kunnen maken. Op deze manier kom je niet snel tot sociale veiligheid.
Als je sociale veiligheid wil creëren, dan laat je de relatie vormen door beide kanten. In een team betekent dit dat iedereen mede-eigenaar is van de relatie.
Het is als bedrijf makkelijk om te zeggen: dit is onze cultuur. En daar vervolgens recruitment omheen te bouwen. Dat betekent dat als je nieuwe medewerkers aanneemt, ze zich moeten schikken. Maar wat als de cultuur is om mensen te leren kennen zoals ze zijn? Dus: neem je eigen eten mee. Vertel ons hoe jij dingen graag doet.
Leer je collega’s echt kennen
De Nederlandse mentaliteit is vaak om werk en privé gescheiden te houden. Maar ook dat hoeft niet zo zwart-wit te zijn. Want ik zeg liever: leer de persoon echt kennen. Werk en privé gescheiden houden, voelt misschien lekker veilig. Maar de vraag blijft dan: hoe voelt diegene zich in het team? Je wil immers wel dat je je eigen ‘zelf’ mee kunt nemen naar werk.
Als je elkaar wil leren kennen, is het belangrijk om je ook in te leven in het perspectief van de ander. Bijvoorbeeld: in de cultuur van je collega trouwen mensen op jonge leeftijd. Probeer zoiets dan eerst vanuit het perspectief van de ander te bekijken, voordat je jouw eigen perspectief er overheen gooit. Om dat perspectief te begrijpen, kun je natuurlijk wel vragen stellen. Zoals: hoe zit dat met vrijheid?
Als je de systematiek achter een cultuur leert kennen, dan zullen daar dingen logischerwijs uit volgen. Als je alles vanuit je eigen systematiek bekijkt, zal alles aan een andere cultuur onlogisch voelen.
Wat ik ook vaak merk, is dat we zeggen: een grapje moet kunnen toch? Het is maar een grapje, zeggen we op het moment dat we iemand beledigen. En ik geloof ook wel dat grapjes moeten kunnen. Alleen een grapje in een omgeving waarbij er een gevoel van ongelijkheid bestaat, is anders dan in een omgeving waar er 100 procent vertrouwen en respect is. Want dan pas weet je dat dat ene grapje niks insinueert. Een grapje kan, maar wel in de juiste omgeving. En daarvoor moet je eerst investeren in een gelijke relatie.
Culturen zijn als smaken uit een ijssalon
Ik ben de laatste die zegt dat je geen oordeel mag hebben. Je mag best zeggen dat mijn cultuur niet past bij jou. Maar ik vind wel dat je dat pas kunt zeggen als je mijn cultuur eerst hebt erkend, en de moeite hebt genomen om het te leren kennen. Niet als je het alleen vanuit jouw systematiek hebt beoordeeld. Als je gaat kijken: vind ik dit logisch vanuit hun traditie, en vanuit waar de ander vandaan komt? Dan ontdek je al snel dat alle culturen toch even mooi zijn. Dat het verschillende smaken zijn in een ijssalon. Niet alles is jouw smaak. Ik houd bijvoorbeeld niet van amandelsmaak. Maar die mag er wel zijn.
Een relatie hoeft niet in één dag volledig opgebouwd te zijn. Er is best veel investering nodig om tot een niveau te komen waarbij je echt sociale veiligheid ervaart. Maar wederzijds respect is wel nodig vanaf dag één. Net als de wil en motivatie om te investeren. En dat is niet altijd vanzelfsprekend.